Airtec

Bij het Airtec systeem liggen er twee leidingen in de spuitboom; één voor lucht en één voor spuitvloeistof. De lucht wordt aangevoerd door een compressor met een grote volumestroom. In de Airtec-houder komen de lucht en de spuitvloeistof bij elkaar en worden actief gemengd, zodat er een mengsel van homogene druppels ontstaat.

In de houder zit een nozzle, die uiteindelijk de doorlaat van de vloeistof bepaalt. Deze nozzles zijn er in drie verschillende afgiftes. Na de nozzle komt het luchtvloeistofmengsel tegen een RVS ketsdop, waarbij het mengsel naar beneden wordt gespoten. Door de actief toegevoegde lucht is de snelheid van de spuitvloeistof bij het verlaten van de dop groter dan bij een conventionele dop, waardoor de druppels sneller op het gewas terecht komen. Hierdoor ontstaat er minder drift en wordt er een betere bedekking onder in het gewas verkregen.

De druppelgrootte wordt bepaald door enerzijds de luchtdruk en anderzijds de waterdruk. De spuitcomputer (touchscreen in de cabine) regelt de luchtdruk en de waterdruk zodanig bij dat er een constante druppelgrootte verkregen wordt. Vooraf kan de druppelgrootte in de computer ingegeven worden (zeer fijn – fijn – middel – grof – zeer grof).

Het geheel van dophouder en Airtec Nozzle past geheel binnen het frame van de spuitboom zodat alles goed beschermd ligt. Met Airtec kan een variatie bereikt worden in de afgifte van 70 tot 320 liter per hectare.

Airtec heeft de volgende voordelen: